In een team van 16 technisch specialisten liet ik iedereen een lijstje maken van wat er beter kon bij elk van de 15 collega’s. Dit riep aanvankelijk weerstand op: ‘ik wil me niet bemoeien met zaken die niet van mij zijn’, ‘ik heb er geen verstand van’, ‘ik werk hier nog maar net’, ‘ik zie hem maar zelden aan het werk’. Begrijpelijk, die reacties. Maar op het niveau van talent telt er geen één.
Je talent werkt letterlijk onvoorwaardelijk: het geeft geen enkele voorwaarde nodig. Het is je natuurlijke zienswijze op alles. Mijn talent ‘duiden’ kan aan elke persoon, in elke omstandigheid, rond elk onderwerp een tip geven hoe er beter geduid kan worden. Daar is geen vakkennis, autoriteit of positie voor nodig.
In het technisch team ontstond na deze uitleg een rijke uitwisseling van tips. Dat leidde ertoe dat ieder kon aankaarten wat hij vaak al heel lang zag én dat iedereen ideeën kreeg waar hij nog nooit opgekomen was. Er stroomde creativiteit de meeting in.
De tip, in al zijn eenvoud, is een krachtig talentinstrument. Let op twee dingen:
- Eigenaarschap. Hoe helderder van tevoren is wie waar over gaat, hoe vrijer de tips kunnen stromen. Immers, de eigenaar weet dat hij uiteindelijk vrij mag beslissen wat hij ermee doet.
- Bondigheid. Als tipgever biedt je diezelfde vrijheid door op tijd te stoppen:
- In een een-op-een-situatie: je geeft je tip op een welgekozen moment, draait je om en loopt weg. Niets in je houding wijst erop dat je aandringt dat de ander het ook moet doen.
- In een vergadering: iedereen is tipgever aan een eigenaar met een probleem. Zodra bij de eigenaar het kwartje in het gesprek valt, stop je. De uitvoering is vrij aan de eigenaar.
Zo samenwerken is niet optellen maar vermenigvuldigen. Ieder draagt niet alleen bij door wat hijzelf presteert, maar maakt met tips de ander beter.