Iets voor het eerst doen, is spannend. Elk iets.
Voor het eerst zoenen. Voor het eerst naar de brugklas. Voor het eerst meedoen in het eerste team.
Voor het eerst naar iemand toelopen in plaats van mailen. Voor het eerst een acquisitiegesprek voeren. Voor het eerst als eerste het woord nemen in de vergadering. Voor het eerst je projectplan presenteren. Voor het eerst zelf een prik zetten als verpleegster in opleiding.
Het is aangetoond dat we al bij de tweede keer gewend zijn. Net als bij sport: er is geen grotere afstand tussen twee posities dan die tussen de nummer één en nummer twee.
Je talent maakt ‘voor het eerst’ echter relatief. Wát je doet, dat doe je voor het eerst inderdaad. Aanspreken, verkopen, het woord nemen, presenteren, een prik zetten. Hóe je dat doet, is echter een constante. Dat is immers je talent. Als ik iemand moet aanspreken, doe ik dat met mijn o zo vertrouwde verhelderaar. Als ik acquisitie moet doen, doe ik dat met mijn o zo vertrouwde verhelderaar. Als ik….
Bij elk nieuw wat, is mijn talent mijn houvast. Wat ik ook moet doen, als het op mijn manier kan, komt het goed. Ik zet zelfs heldere prikken als het nodig is.