Recent gaf ik een talenttraining voor een team van 15 mensen die allen werkzaam waren als relatiemanagers bij een groot trainingsbedrijf. Een van de deelnemers zat nog in een andere baan, maar zou binnenkort toetreden tot het team. Bij wijze van kennismaking nam zij deel aan de talenttraining. In de lunchpauze kwamen we te spreken over haar verandering van baan. Zij bleek hoofd te zijn van een ondersteuningsbureau (150 mensen) bij een groot advocatenkantoor. In die baan was zij gaandeweg ongelukkiger geworden. De werkzaamheden zaten in een strak keurslijf en haar directe baas stuurde op nog meer zakelijke strakte. Haar innerlijke ongenoegen bracht haar ertoe te zoeken naar ander werk. En via via kwam ze terecht bij het trainingsbedrijf, in een totaal andere functie dan de huidige.
Toen de nieuwe baan eenmaal bekend was, vroegen allerlei mensen haar naar het hoe en waarom van deze opmerkelijke overstap. En zij kwam steeds terecht in een niet erg helder en door anderen niet goed te volgen verhaal. Dat was frustrerend.
In de talenttraining viel die ochtend de naam van haar talent: buiten spelen. En tijdens de lunch vertelde ze hoe opgelucht ze hierover was. Buiten spelen was helemaal de energie die zij in zich droeg en die eruit wilde. In de oude baan was dat bijna onmogelijk en in de nieuwe baan zat de ruimte die ze zocht. Haar opluchting zat in de benoeming van haar talent. Want, zei ze, nu kan ik in 1 zin uitleggen waarom ik deze switch maak. Er was een kwartje in haar gevallen.